Ook dit weekend was weer vol sociale verplichtingen met onder andere een kennismakingsborrel met de nieuwe overburen en een feest bij de buren van de buren van de buren van ongeveer de overburen. De zondag stond echter in het teken van politiek incorrecte gedrag. Dat zat zo.
Op zaterdag gaan Joep en ik altijd boodschappen doen bij de geheime Albert Heijn op de Terheijdse weg. Je kunt er altijd zonder stress parkeren Voor de deur zit een altijd vrolijke, tandeloze muzikant op zijn accordeon te spelen en Joep vindt hem behoorlijk angstaanjagend. Altijd een rielekst begin van het weekend.
Maar daar wilde ik het eigenlijk niet over hebben maar over mijn politiek volstrekt incorrect gedrag Op weg naar de Geheime Albert Heijn kwamen we langs het Chasséveld en daar stond een circus. Ik realiseerde me dat Joep nog nooit bij een circus geweest was, tenminste dat dacht ik. Er was dus geen ontkomen aan: zondag naar het circus. Bij naspeuringen op het Internet bleek het betreffende circus Belly Wien niet zo’n beste reputatie te hebben. De unieke USP bleek vooral te bestaan uit een groot aantal acts met heuse wilde dieren en mensen die bij het circus kwamen protesteren tegen al deze wreedheden. En uiteraard vind ik dat ook.
Gelukkig werd ik beschermd door de allernieuwste aftershave die mannen behoedt tegen voortijdige zweetlozing zodat ik de eventuele actievoerders okselfris van repliek zou kunnen dienen. Het was gelukkig niet nodig. De circustent had drie zeer vaag herkenbare rangen die ook nog eens afhankelijk van de kaartverkoop zeer flexibele afgebakend werden.
Vooral de dierenacts waren inderdaad van een fenomenaal niveau. Zes paarden die een minuut of vijf door de piste draafden in krankzinnig ingewikkelde patronen, zes zebra’s die ons vijf minuten lang in vervoering brachten met hun bovenwereldse beheersing van het groepsgewijs rondrennen, zes door Mike de Boer gestylde kamelen die op een ingenieuze wijze door elkaar sjokten, twee olifanten die even naar binnen sprintten om een handstand te maken, zes schattige hondjes die een minuut of tien op allerlei manieren door een hoepel aan het springen waren, zes lama’s die vijf minuten lang al kauwgomknauwend hun baantjes door de piste trokken en zelfs een giraffe die vooral heel lang was en heel erg goed bananen kon eten. Maar het hoogtepunt waren de Siberische tijgers. Bij deze act was het vooral duidelijk dat de gemiddelde dompteur qua intelligentie over het algemeen onderdoet voor de beesten die hij van de ene kruk naar de andere laat springen. De dompteur zag eruit als Mel Gibson na een lobotomie en was vermoedelijke de vader van tachtig procent percent van het personeel onder de vijf-en-twintig. Al met al behoorlijk saai allemaal en dat de wilde dieren voor dit soort flauwekul uit de vrije natuur gehaald worden maakt het allemaal nog veel schrijnender.
Natuurlijk was er ook de nodige humor waar Joep zo om moest lachen dat ik een DNA-test overweeg en Joep’s favoriet een schaar geklede mevrouw die aan wat lappen door de piste zweefde. Tja de pubertijd verschuift zachtjesaan richting peuterspeelzaal. In de pauze mocht je voor tien euro op de foto met een schattig babytijgertje. Mooi businessmodel waarin een van de scheelste stalknechten met een waardeloze digitale camera een zwaar onderbelichte foto maakt van de kleine met de tijger die dan vervolgens vliegensvlug geprint wordt met een printer van de Zeeman op fotopapier van de Wibra.
New York
Om eens goed voor te bereiden op onze reis naar New York had ik een film gehuurd bij de Bieb met de veelbelovende titel Sinecdoche New York. Ik had gehoopt op een fel realistische drama over het het artiestenleven in het contemporaine New York. Helaas, het heeft ons twee avonden gekost om ons er door heen te worstelen. Om niet al te stom over te komen zei ik zo af en toe “Aparte film, he?” of “ Hoe kun je zoiets verzinnen.” In mijn jonge jaren heb ik heel veel vage films gezien, er is in Frankrijk zelfs een hele stroming naar vernoemd. Deze film is echter Een brug te ver of zo. Om jullie een idee te geven wat mijn smaak even mijn top tien:
Betty Blue
The Big Lebowski
The Godfathers
Apocalypse Now
Taxidriver
Novecento
Gladiator
The Right Stuff
Pulp Fiction
The Last Tycoon
We hebben al een heel programma uitgestippeld in New York met onder andere een avond naar de Village Vangueard een beroemde Jazzclub waar John Coltrane (de favoriete muzikant van privé dectective Martin Rasker; vandaar) zijn carrière gestart is en waar volgende week zijn zoon optreedt.
Ook hebben we ruimte gereserveerd voor het shoppen. Het schijnt dat je dan vooral Abercrombie & Fitch moet gaan kopen. Persoonlijk vind ik het er niet uitzien van die mannen met T-shirts waarop ze met megaletters reclame lopen te maken en hip te wezen. Een logo hoort een bescheiden omvang te hebben. Je ziet dat ook veel in Laren vans die gasten in zo’n trui met een levensgrote polospelers strakke roze broeken en kniehoge homolaarzen. En natuurlijk kopen we SillyBandz, de rage van november!